Wil je graag vlinders bij jou in de tuin? Hou je ervan om die fladderende wezentjes om je heen te hebben? Dan is het belangrijk om te weten hoe vlinders leven en wat ze nodig hebben om zich goed te voelen in een tuin en er te kunnen overleven. In dit artikel leer je de kneepjes van het vak om vlinders naar je tuin te lokken.
Voorzie voldoende voedsel voor de vlinders
Vlinders hebben bloemen nodig waar ze de nectar uit kunnen halen. Nectar bevat heel wat eiwitten, vitamines en suiker en vormt de voedingsbasis voor vlinders. Ook hebben vrouwelijke vlinders nectar nodig voor het aanmaken van hun eitjes.
Wil je dus een aantrekkelijke vlindertuin aanbieden met een rijke hoeveelheid aan nectar, dan zal je voldoende verschillende soorten van bloeiende planten moeten zetten die quasi het hele jaar door beschikbaar zijn. Volgende planten zijn hiervoor geschikt: Winterheide, Viburnumsoorten, Judaspenning, Klimop, Hemelsleutel en een Vlinderstruik.
Sommige vlindersoorten hebben ook graag andere voedingsbronnen ter beschikking, zoals rottend fruit. Vandaar dat in boomgaarden vaak vlinders te vinden zijn die zich tegoed doen aan afgevallen appels en peren die onder de boom liggen te rotten. Hier en daar wat fruit laten rotten op een beschut plekje in de tuin kan dus heel wat extra vlinder aantrekken.
Naast voedsel hebben vlinders ook nood aan zuiver water om te drinken. Zet hier en daar een schaaltje met stenen en gevuld met water neer in de tuin. Leg er misschien ook wat schijfjes sinaasappel in zodat deze kunnen gaan rotten en zo een extra aantrekkingskracht voor de vlinders zullen vormen.
Voorzie voedsel voor de rupsen
De meeste vlindersoorten hebben een sterke voorkeur voor bepaalde planten om er hun eitjes op te leggen. Dit komt omdat hun rupsen erg kieskeurig zijn en slechts bepaalde bladeren zullen verorberen. Dit noemt men de waardplant van een vlinder. Vaak gaat het om wilde planten, maar elke vlindersoort heeft zijn voorkeur. Zo zal het koolwitje haar eitjes slechts op koolsoorten leggen omdat de rupsen slechts deze plant lusten. De rupsen van Dagpauwoog, Atalanta en Kleine Vos zullen enkel brandnetelblaadjes eten en het Boomblauwtje kiest voor Klimop, Heide en Hulst als waardplant.
Zorg voor warmte en beschutting
Vlinders hebben nood aan een zekere lichaamstemperatuur om te kunnen vliegen. Ze warmen zich op tot een 30-tal graden door met gespreide vleugels de warmte van de zonnestralen op te vangen. Biedt daarom diverse beschutte hoekjes, waar de zon bij kan komen, maar war het tegelijk ook windstil is. Vlinders hebben daarnaast ook nood aan plekjes om zich in te verschuilen wanneer het koud en bewolkt is
Kies voor een tuin met een grote variatie aan planten
Een tuin waar gevarieerd wordt in het aanbod aan struiken, bomen en planten helpt vlinders om zich te oriënteren. Een eentonige tuin biedt weinig herkenningspunten voor vlinders, waardoor ze gemakkelijk verdwalen. Ook afwisseling tussen hoge en lage struiken is goed om vlinders aan te trekken.
Biedt een plek om te kunnen overwinteren
In het najaar gaan vlinders op zoek naar een beschut plekje in snoeihout of in dorre en droge plantenresten, waar ze ongestoord kunnen overwinteren. Afhankelijk van de vlindersoort gaan vlinders in winterrust als vlinder, eitjes, pop of rups. Het is dus goed om verdord plantenmateriaal, bladeren en takjes gedurende de winter te laten staan en pas in de lente weg te nemen wanneer de vlinders uit hun winterrust komen. Bijkomend voordeel van het laten liggen van plantenresten is dat ook andere nuttige dieren, zoals egels, padden en vogels, van deze schuilplaatsen gebruik maken om hun winterslaap te houden.
Jouw tuin op een natuurvriendelijke manier onderhouden vraagt eigenlijk niet meer en ook niet minder onderhoud, inspanning en tijd. Het onderhouden van de tuin verloopt meer gespreid doorheen het jaar. Vroeger was het een gewoonte om een tuin ‘in winterwerk’ te leggen, maar door alle plantenresten weg te halen, jaag je eigenlijk veel dierenleven uit de tuin weg omdat je hun plaatsjes om te schuilen wegneemt. En dat is jammer.
Een zaak is zeker: gebruik nooit bestrijdingsmiddelen of pesticiden in je tuin als je vlinders, maar ook andere nuttige insecten en dieren wil aantrekken. Hou de tuin zo natuurlijk mogelijk en probeer mee te leven op het ritme van de seizoenen.
Een manier om vlinders te helpen overwinteren is het voorzien van een vlinderkastje. Dit soort kastjes is vrij in de handel te verkrijgen, maar kan je ook gemakkelijk zelf in elkaar knutselen. Kies een goed plaatsje in de tuin, op een beschutte plek waar wind en water niet bij kan komen. Je laat het vlinderhotel na het ophangen best met rust. Telkens een kijkje nemen of het kastje bewoond is, kan de vlinders verjagen. Schoonmaken hoeft ook niet. Wanneer je merkt dat het vlinderhuisje niet meer wordt bezocht door vlinders, dan is het waarschijnlijk aan vervanging toe. Doordat het gemaakt is uit natuurlijke materialen gaat een vlinderhotel maar een jaar of twee, drie mee.
Extra tips voor het aantrekken van nachtvlinders
Door het volgen van de tips voor het aantrekken van vlinders, zullen er extra nachtvlinders jouw tuin bezoeken. Maar volgende acties kunnen jouw tuin nog aantrekkelijker maken voor nachtvlinders:
Wees spaarzaam op het verlichten van de tuin. Een sfeervolle verlichting in de tuin draagt uiteraard bij aan de gezelligheid, zeker rond het terras, maar jaagt veel nachtvlinders weg. Zij vliegen namelijk liever in het donker, kunstmatig licht zorgt voor afleiding en maakt ook dat mannelijke en vrouwelijke nachtvlinders elkaar minder snel vinden.
Kies voor planten die een sterke avondgeur verspreiden. Vlinders gaan namelijk op geuren af om nectar te vinden. Vandaar dat sterk geurende planten als een vlinderstruik of lavendel vaak door vlinders worden bezocht. Bepaalde plantensoorten zoals kamperfoelie en ook Avondskoekoeksbloemen (Silene latifolia), hebben de eigenschap om naar de avond toe een sterkere geur af te scheiden en hierdoor nachtvlinders aantrekken.